Ruiterstraat 16
Bij de beschrijving van de ontstaansgeschiedenis van Ruiterstraat 14 en 16 is gebruik gemaakt van een afstudeerproject van S. Tasseron, L. Kortmann en M. Doeser (TU Delft, 2004), van Bouwhistorische opname en waardestelling van Ruiterstraat 14 door M.W. Enderman en drs. B. Olde Meierink (2008) en van ongepubliceerd materiaal van prof. ir. Esso J. de Jong.
Na de grote stadsbrand van 1524 werden de huizen op advies van het stadsbestuur niet meer van hout maar van steen gebouwd. Ook op de kavels van Ruiterstraat 14-16 in de Ruiterstraat kwamen stenen huizen. Uit onderzoek bleek dat de balken in pand 14 ouder zijn dan in pand 16. Hieronder is schematisch de eerste bebouwing weergegeven, er is één volume, dat van Ruiterstraat 14. Deze reconstructie van TU Delft (2004) loopt op een aantal punten niet parallel met de reconstructie van Enderman en Olde Meierink (2008). De opvatting van laatstgenoemde auteurs volgt hier en verderop in een kleinere letter.
Op grond van dendrochronologisch onderzoek van de kapconstructie van het voorhuis kan de eerste bouwfase van Ruiterstraat 14 rond 1540 worden gedateerd. Het toenmalige gebouw bestond uit een diep huis (haaks op de straat) dat was onderverdeeld in een voorhuis met een vast achterhuis van twee bouwlagen onder een zadeldak. Van dit gebouw resteert thans nog het achterhuis, dat het huidige voorhuis van Ruiterstraat 14 vormt.
Mogelijk gelijktijdig met de bouw van het hoofdhuis – of in de tussenliggende periode tot fase 2 – is achter het hoofdhuis een tweede achterhuis gerealiseerd van vermoedelijk één bouwlaag en met de nok dwars, d.w.z. evenwijdig aan de straat.
De vloerbalken in de voorhuizen van Ruiterstraat 14 en 16 liggen haaks op de straat. Het is aannemelijk dat ook de kapspanten die richting hebben gehad. De panden nummer 14 (rechts) en 16 (links) lagen dus waarschijnlijk parallel aan de weg.
De kappen van Ruiterstraat 14-16 worden in de 17e eeuw waarschijnlijk een kwartslag gedraaid. In 1630 wordt de gevel gemoderniseerd en krijgt een luxe renaissance uitstraling.
Rond 1630 vond een ingrijpende verbouwing plaats, waarbij het voorhuis is afgebroken en naast het achterhuis een nieuw huis is gebouwd (Ruiterstraat 16). Vóór beide bouwdelen ontstond zo een ruime tuin. Het oude achterhuis kreeg een nieuwe trapgevel aan de voorzijde, in overeenstemming met de architectuur van de gevel van het nieuwe huis ernaast. Beide gebouwen vormden een eenheid, wat blijkt uit gemeenschappelijke voordeur en het trappenhuis. Uit de afwerking blijkt dat het oostelijke deel, thans Ruiterstraat 16, als woning werd gebruikt en in Ruiterstraat 14 het bedrijfsgedeelte was ondergebracht. Dit bedrijf was mogelijk een bierbrouwerij, waartoe ook het pakhuis aan de Lange Strikstraat 2-4 behoorde.
Niet lang na deze grote interventies wordt Ruiterstraat 14 vergroot. De centrale entree valt binnen de gevel van dit pand.
Ten westen van Ruiterstraat 14 (rechts op de tekening) komt een L-vormige aanbouw Door deze bebouwing ontstond een voorplein. Gezien het groot aantal loslopende varkens moest er een afsluiting komen. Die werd gevonden door de bouw van een hoge muur met in het midden daarvan een hek. De L-vormige aanbouw was ondiep en zal waarschijnlijk gediend hebben als schuur en stal.
Op de kaart van Blaeu staat ten zuiden van Ruiterstraat 14-16 een bebouwing met tuinen en een hooimijt, hetgeen er op duidt dat er toen nog een boerderij was. Bij de groei van Zaltbommel in de laatste helft van de 17e eeuw moesten deze boerderijen wijken voor huizenbouw.
Tussen 1726 en 1758 is Cornelis Dutry van Haaften eigenaar van de panden Ruiterstraat 14 en 16. Het bezit wordt uitgebreid met met vrijwel alle huisjes aan de westkant van de Lange Strikstraat (een deel van de huisjes wordt afgebroken).
Rond deze tijd wordt op de plaats van de drie huisjes de grote schuur gebouwd (huidige woonhuis van de familie Edens).
De familie Verploegh-de Roock is eigenaar van 1758 tot 1817. In deze tijd is Ruiterstraat 14 waarschijnlijk verlengd ten op zichte van Ruiterstraat 16.
Vanaf 1839 is de firma Enthoven de eigenaar van beide panden. De schuur wordt een spijkerfabriek en er worden verschillende bedrijfsruimten bijgebouwd.
Waarschijnlijk heeft in deze periode de bouwkundige scheiding plaatsgevonden tussen Ruiterstraat 14 en 16 en was er voor het eerst sprake van gescheiden bewoning waarbij Hendrik Samuel Enthoven met zijn gezin op nummer 16 woonde en zijn zoon Bernard Maurits Henri met zijn gezin op nummer 14.
In 1895 gaat het bedrijf failliet en komen de twee woningen en de schuur in het bezit van veearts De Vries. Hij bouwt een muur langs de Strikstraat die in de vijftiger jaren in volle lengte omvalt. De muur wordt weer opgebouwd met een slechte kwaliteit specie en in 1983 valt de hele muur weer om. Opnieuw wordt de muur opgemetseld.
De familie De Vries woonde zelf op Ruiterstraat 16, nummer 14 werd verhuurd en deze gescheiden bewoning zou daarna blijven bestaan.
In 1905 werden de panden aangesloten op het drinkwaternet.
Tijdens de tweede wereldoorlog wordt het huis een tweetal keren door artilleriegranaten getroffen. Bij de eerste aanval werd de gevel van nummer 14 geraakt waarbij een deel van de topgevel werd weggeblazen.
Na de familie De Vries woonden er uiteenlopende families in beide panden. In 2008 werd Ruiterstraat 14 verkocht aan Manfred Laros.
Beide panden zijn voorbeelden van het 16e-eeuws maniërisme. De trapgevel en de topgevel zijn kenmerken van deze bouwstijl maar ook de aantallen en verhoudingen van de speklagen ten opzichte van de raampartijen zijn typerend voor deze bouwperiode. Hieronder een tekening van de panden zoals ze nu zijn en hierboven een reconstructie van de gevel zoals die er in 1630 moet hebben uitgezien.
In het tweede of derde kwart 18e eeuw zijn de oorspronkelijke kruisvensters vervangen door eigentijdse schuiframen. Mogelijk tezelfdertijd is op de verdieping in het voorhuis de ontsluiting vanuit de woning verplaatst en is er een kamer gemaakt met schouw. Het is goed mogelijk dat ook op de begane grond op dat moment de voorkamer is afgescheiden en voorzien van een stookplaats.
Nadat het pand in 2008 is gekocht door Manfred Laros is het onder toezicht van monumentenzorg van top tot teen inwendig verbouwd. Het dak en de goten werden volledig vernieuwd.
Bronnen
M.W. Enderman en drs. B. Olde Meierink. Bouwhistorische opname en waardestelling van Ruiterstraat 14. Bureau voor Bouwhistorie en Architectuurgeschiedenis. Utrecht 2008.
S. Tasseron, L. Kortmann, M. Doeser. TU Delft Ruiterstraat 14 en 16. Delft 2004.
Prof. ir. Esso J. de Jong. Overzicht Geschiedenis Ruiterstraat 16 van 1700 tot 1984. Ongepubliceerd 1984
Prof. ir. Esso J. de Jong. Geschiedenis Ruiterstraat 14-16 en hun erven van 1572 tot 1972. Ongepubliceerd. Jaartal onbekend
Verpondingsregister 1650. Rijksarchief voor Gelderland. Arnhem
Rechterlijk archief Zaltbommel. Rijksarchief voor Gelderland. Arnhem
Notariele acten vanaf 1817
J.H. de Groot. Zaltbommel. Uitgave Europese bibliotheek Zaltbommel 1979
Isa Masselink-Woltjer. Ongepubliceerd archief onderzoek. Den Haag. 2012-2015
Oktober 2017