Ruiterstraat
portret van een straat
Wie wonen er nu
Wie woonden er vroeger
Familiegeschiedenissen
Achtergronden

Familie Cox

Ruiterstraat 12

Van 1766 tot 1775 was de eigenaar van Ruiterstraat 12 Johannes Cox (1704-1775). Hij was in 1766 getrouwd met Cecilia Mels (1715-1780). Het was zijn tweede huwelijk. Uit zijn eerste huwelijk met Charlotte Catharina Spengler (1709-1760) had hij twee kinderen: Eva en Laurens. Hij was Nederlands Hervormd. Johannes Cox kwam in het bezit van Ruiterstraat 12 doordat hij trouwde met de weduwe van de vorige eigenaar (Quirinus Ramaker). Johannes bleef na zijn tweede huwelijk wonen in zijn huis  op de hoek van de Boschstraat en de Nonnenstraat. Cecilia trok bij hem in. Na het overlijden van Johannes werd dit pand verkocht en verhuisde Cecilia waarschijnlijk naar Ruiterstraat 12, waar zij in 1780 overleed. Verondersteld is dat Cecilia eigenaresse van het pand was van 1775 tot 1780.

Johannes Cox was een kleinzoon van Hanna Coenen (geboren rond 1635 en overleden rond 1697) en Peter Cox (1626-1707). Hanna Coenen was de zus van de vroegere eigenaar van Ruiterstraat 12, Daniel Coenen. Bij Cecilia’s overlijden kwam het huis aan Johannes’ nakomelingen Eva Cox (1731-1806) en kleindochters Charlotte Catharina Cox en Sara Cox, dochters van Laurens Cox (1732-1773), zoon van Johannes.

Dochter Eva Cox (1731-1806) was getrouwd met Albert van Rijssel (1726-1805). Zij hadden één dochter. Van Rijssel was generaal majoor en bevelhebber van het Hollandse Cordon dat de provincie Holland en de stad Utrecht moest beschermen tegen het Prinsgezinde leger. Eva woonde met haar man in het huis op de dijk in Opijnen dat zij als huwelijksgeschenk kreeg van haar vader.

Zoon Laurens Cox (1732-1773) was in 1762 getrouwd met Anna Maria Dubbels (1739-1765). Zij hadden twee dochters Charlotte Catharina (1763-1819) en Sara (1764-na 1836). Dr. Laurens Cox was advocaat, stadsraadslid en burgemeester van Zaltbommel. Zijn dochters werden na de dood van hun vader, zij waren toen 10 en 11 jaar, opgenomen in het gezin van hun tante Eva van Rijssel-Cox.

 

charlotte en daniel heldewier

Charlotte Catharina Cox en haar echtgenoot Daniel Gijsbert Heldewier (afdruk van een schilderij, omstreeks 1800)

 

De strijd tussen de Patriotten en de Prinsgezinden werd na een interventie door het Pruisische leger (1787) door de Prinsgezinden gewonnen. Veel Patriotten vluchtten naar Belgie en Frankrijk. Ook Eva Cox, haar man Albert van Rijssel, hun dochter en de inwonende kinderen van Laurens voelden zich hier niet meer veilig. Zij vertrokken naar Charleville en later naar Fontainebleau. Hun huis in Opijnen werd geplunderd en alle familiepapieren gingen daarbij verloren.

Tijdens hun verblijf in Frankrijk werd besloten al het onroerend goed in Zaltbommel en Opijnen te verkopen. Tijdens hun afwezigheid werden hun belangen in Zaltbommel en omgeving behartigd door Jaco de Roock en de advocaten Willem en Paulus van Essen. Op 16 september 1794 werd Ruiterstraat 12 voor 4150 gulden verkocht. De nieuwe eigenaar was Adriaan Mathias Graadt (1752-1842).

 

 

Bronnen

Correspondentie met: H. Th. Cox. Ongepubliceerd onderzoek naar de geschiedenis van het geslacht Cox. December 2015
Alfred Blomer. Genealogisch onderzoek naar het geslacht Coenen. Mönchengladbach (via H. Th Cox). December 2015

 

 

April 2017