Ruiterstraat 4
Van maart 1961 tot 1966 woonde in Ruiterstraat 4 de familie Van Acquoij-Nijhof. Jan van Acquoij (1939-1999) werd geboren in Opijnen. Hij trouwde in 1960 met Elly (Pieternella) Nijhof (geboren 05-02-1939). Ze kregen drie kinderen: Jan, Wouter en Trudy. Jan en Wouter werden in de Ruiterstraat geboren. Elly van Acquoij-Nijhof vertelt het familieverhaal.
Jan van Acquoij sr. deed de Mulo aan de Thorbeckestraat in Zaltbommel. Hij kwam daarvoor op de fiets uit Opijnen en na schooltijd fietste hij nog al eens door de Boschstraat. Hierbij heeft hij Elly ontmoet. Hij werkte bij de PTT, vervulde diverse functies in het postkantoor in Zaltbommel en later ook bij de loonadministratie Postdistrict Den Bosch. Nog later werkte hij op het rijdend postkantoor dat door de Bommelerwaard toerde.
Elly Nijhof komt uit een echte Bommelse familie, ze werkte onder andere bij de Ascotwinkel in de Waterstraat en bij het hoofdkantoor van de Kijkshop in Zaltbommel.
Zoon Jan (geboren 06-06-1961) studeerde na de HAVO Chemie (RUU), Chemische Technologie (TU Eindhoven) en Bedrijfskundig management (IC&D). Hij werkte o.a. bij Organon, CFZ (huidige Sachem) en had jaren zijn eigen bedrijf op het gebied van Organsiatie Advies. Thans werkt hij in Utrecht als relatiemanager bij een IT bedrijf. Hij trouwde in 1985 met Carin Govers (05-02-1962), zij hebben drie dochters: Vicki (1993), Lisa (1996) en Simone (1998). Ze werden in Zaltbommel geboren maar thans wonen zij in Vlijmen.
Zoon Wouter (geboren op 04-12-1963) deed verschillende opleidingen binnen de horeca (SKB Eindhoven), onder andere een opleiding tot kok. Hij is in 2011 getrouwd met Henk Vaags (16-03-1961) en woont in een boerderij in Eibergen. Hij runt samen met zijn partner Bed en Breakfast ‘De Wieber’.
Dochter Trudy (03-07-1972) ging na de middelbare school naar de opleiding voor agogisch werk in Den Bosch. Ze heeft uit een eerdere relatie twee zonen: Fabio (1997) en Emilio (2001). Ze woont sinds 2005 met haar kinderen in Houston in de Verenigde Staten.
Ruiterstraat 4 was een bovenwoning boven de slagerij. Er was een steile trap naar boven. Aan de straatkant was een kleine woonkamer, aan de achterkant een keukentje en tussenin een alkoof die diende als slaapkamer. Er was een zolder met een onbeschoten kap, je keek zo tegen de hemel aan. Daar was een klein kamertje gemaakt waar Jan, en later Wouter, sliepen. De trap naar de zolder was een open houten trap (in de voorraadkast), erg gevaarlijk voor de kinderen.
Op zolder werden ook de kolen opgeslagen voor de kolenkachel in de keuken. In de kamer was een oliekachel aanwezig. Toen Jan pas geboren was sliep hij in het tussenkamertje bij de ouders. Er was geen raam in de slaapkamer (alkoof). Vanuit de keuken keek je uit op de tuin van slager Peter de Vries. Er was geen balkon. De wc was een uitbouw van de keuken. Er was geen badkamer. De was werd gekookt met een wasketel op een petroleumstel, door de wringer gehaald en aan een rekje uit het raam gehangen om te drogen. De huurprijs bedroeg 25 gulden per maand.
Beneden was de slagerij en winkel van Peter de Vries. Peter was getrouwd met Lenie van Oosten. Ze hadden geen kinderen. In de slagerij werd uitgebeend, worst gemaakt en vlees klaargemaakt voor in de winkel en om thuis te brengen. Het slachten van koeien en varkens werd in Brakel gedaan waar de familie De Vries ook een slagerij had. In de bovenwoning rook je altijd de lucht van de slagerij en er was vaak ’s morgens al heel vroeg lawaai beneden.
Jan van der Flier was de bakker van de familie, Rombeek de groenteboer, De Vries de slager, Van der Schaft de melkboer en Van Maren op de Omhoeken de kruidenier. Bertus van Os was hun olieboer, hij kwam met een handkar met petroleum aan huis. De kolenboer was Ballegooijen, hij bracht de kolen naar de zolder. Huisarts was Willemse. Ze hadden geen huisdieren. Ook hadden ze geen auto. Die kwam pas in 1968 toen ze al weg waren uit de straat, een Kever.
Het was nog vrij rustig op straat. Daarom konden de nog jonge kinderen in 1965 rustig op straat spelen. Toch ging dat niet altijd goed. Jan jr. werd rond Pasen door een motorrijder in de Boschstraat aangereden. Hij heeft toen ca. 6 weken in bed gelegen met een hersenschudding. Hij weet nu nog dat het rond Pasen was, omdat hij zich goed kan herinneren dat de motorrijder op een moment met een groot paasei aan zijn bed stond om beterschap te wensen.
Jan vond het leuk bij mevrouw Wagemans te spelen. Ze hadden zo’n mooi vloerkleed en kon daar met autootjes mooi tussen de lijnen rondrijden. Het contact was erg goed en Jan heeft haar tot haar dood nog geregeld opgezocht toen ze in verzorginghuis De Wielewaal woonde.
Toen Wouter in het ziekenhuis lag moest Jan naar de nonnen in de Ruiterstraat. Dat kostte 50 cent voor een halve dag. Later heeft hij enige tijd nog de kleuterschool aan de Bloemendaal bezocht, voordat ze verhuisden naar de C.A. Leenhoffstraat 11.
De familie was Nederlands Hervormd, niet actief. Elly ging als kind wel vaak naar het Centraal Gebouw voor onder andere catechisatie, handwerken en het Kompas. Jan, Wouter en Trudy gingen naar de Gonzende Korf (kleuterschool) en Hugo de Grootschool (openbare school).
De familie Van Acquoij woonde op Ruiterstraat 4 nadat de nicht van Elly, Nel van Lopik-van Steenbrugge, was vertrokken. De familie Van Acquoij vertrok in 1966 uit de Ruiterstraat, ze verhuisden naar de C.A. Leenhoffstraat (nummer 11). Na een jaar in Den Bosch gewoond te hebben woonden ze achtereenvolgens in de Mgr. Nolensstraat (nummer 4) en de Buitentuin (nummer 48). Ze werden in de Ruiterstraat opgevolgd door Letta en Willy van Tongerlo.
Bronnen
Gesprekken met Elly van Acquoij-Nijhof, juni 2014
Gesprekken met Jan van Acquoij jr., november 2014
Foto’s uit particulier archief van Elly van Acquoij-Nijhof en Jan van Acquoij
Maart 2016