Ruiterstraat 23-25
De familie Van Wijnen woonde van 1953 tot 1983 in Ruiterstraat 23-25, een huis dat door iedereen het ‘Centraal Gebouw’ wordt genoemd. Het gebouw was eigendom van de Hervormde kerk en er werden uiteenlopende activiteiten georganiseerd. De jeugdvereniging ‘Het Kompas’ en de christelijke vrouwenvereniging hadden er hun thuisbasis, er werden lezingen en cursussen gegeven (onder andere een modevakschool en naaischool ENSAID (van 1954 tot 1980), handwerkles en gitaar- en accordeonles) en er was een soort soosje voor ‘oude mensen’ (‘Die mensen konden toch lelluk doen tegen mekaar’, zei Bert van Wijnen). De kerkenraad van de Hervormde kerk vergaderde in het gebouw en er was catechisatie en zondagsschool.
Ook konden er zaaltjes worden gehuurd voor bruiloften, maar ook veel begrafenissen vonden vanuit het Centraal Gebouw plaats. Het lijk werd dan opgebaard in de gang onder de kapstok in een klein nisje (de jassen werden voor de gelegenheid aan de andere kant van de gang opgehangen). Begrafenisondernemer Klijmij organiseerde de begrafenissen, hij bracht zelf sprits (van bakker Dingemans) en broodjes mee en mevrouw Van Wijnen zorgde voor de koffie en de thee. Bij de verbouwing van de huishoudschool werden een aantal klassen ondergebracht in het Centraal gebouw. Ze kregen daar onder andere les van Haas (Engels) en Bram Kouwer (maatschappij leer). Ook de plantenkundige dienst, Instituut Van Hees in 1960 (opleiding middenstandsdiploma), Protestanse Contactraad met gezinsverzorging in 1973 (mevr. Scheygrond), Stichting Maatschappelijke Dienstverlening (1974) en in 1977 Atelier voor Architectuur en Stedenbouw (J.P. Thole en I.H. Matulessy) huurden een aantal jaren een ruimte in het gebouw.
Mevrouw Helena Cornelia (Lena) van Wijnen-Kiep (1914-2007) was de beheerder van het gebouw. Zij woonde daar met haar man Peter Gijsbert (Piet) van Wijnen (1915-1980) en haar drie kinderen: Lijntje Alida (Loes) van Wijnen (geboren 03-10-1940), Nico van Wijnen (geboren 15-05-1944) en Peter Gijsbert (Bert) van Wijnen (geboren 26-07-1946).
Piet van Wijnen hielp zijn vrouw wel eens mee bij drukte in het Centraal Gebouw maar zijn werk was vrachtwagenchauffeur, eerst bij de Zaltbommelsche Houthandel en later bij het bouwbedrijf van de gebroeders Metz in Zaltbommel. Het bedrijf zat indertijd waar nu de Jan Haeckenhof is gesitueerd.
Loes trouwde met Andries van Alphen en Bert trouwde met een meisje uit de Ruiterstraat, Mini Rombeek. Als kind ging Mini met regelmaat loof van wortels uit de groentewinkel naar Bert brengen, voor zijn konijnen. Ze kregen later verkering en in 1970 trouwden ze met elkaar. Ze kregen twee kinderen: Robert en Monique.
Mevrouw Van Wijnen hield van schoon en niet te moeilijk doen, alles kon. Ze had zo haar principes. Koffie werd met de hand gezet en koffiemelk vond ze niks. Mensen kregen echte gekookte melk. Vaatwasmachines waren nog niet uitgevonden, alles werd met de hand gewassen.
Bert werd, net als zijn broer en zus, geboren in de Boschstraat (nummer 21), naast slager Hannes Tijssen (geëmigreerd naar Nieuw Zeeland), later slager Van Santen. Op zijn zevende verhuisde het gezin naar de Ruiterstraat. Bert zat op de christelijke school in de Nieuwstraat. Hij speelde op straat met Hansje Tijssen, Arno Jansen, Richard Menken en Dick Recter. Laatstgenoemde had een trein en dat was uiteraard een geliefd speelobject. Bij de familie Recter werd ook in de tuin gespeeld.
Voetballen deed hij op straat en in de tuin achter het Centraal Gebouw. Hij speelde niet met de katholieke jongetjes in de straat van Van den Heuvel en Van der Donk. Toen de televisie kwam mochten ze met een man of zeven (groepje dat samen voetbalde bij de wasserij aan de Waal) op woensdag- en zaterdagmiddag televisie kijken bij apotheker De Jong. Zelf kregen ze zwart-wit televisie in 1954. Bert was lid van VV Zaltbommel (voetbalde op zondag) en later werd hij bondsscheidsrechter.
Bert werd timmerman en werkte bij verschillende aannemers. Zaterdags en ’s avonds hielp hij mee bij slager De Vries (hoek Ruiterstraat-Boschstraat) met soepvlees snijden en het rondbrengen van bestellingen. Mini werkte tot haar trouwen in de groentewinkel van haar ouders, de familie Rombeek.
Er stonden een viertal bomen in de tuin waaronder een perenboom en een grote moerbeiboom. Je moest in het najaar uitkijken dat je geen rode vlekken in je kleren kreeg van deze vruchten. De plekken kreeg je er nooit meer uit. In de tuin stond ook een PGEM-huisje en er was een stalling voor de auto’s van slager Peter de Vries, kruidenier Van de Werken (Kerkstraat), iemand uit de Heilige Geeststraat en het Fiatje van de familie Van Wijnen.
De familie had de woonkamer aan de straatkant rechts en de keuken rechts achter in het huis. De overige ruimtes werden gebruikt voor bijeenkomsten en vergaderingen. Boven was er, rechts achter een slaapkamer voor de ouders, een wc en ook de kinderen sliepen aan die kant. Nico en Bert sliepen op één kamer met een schot afgescheiden van het kamertje van Loes. Een badkamer was er niet, er was een teil in de bijkeuken (met grote plavuizen op de grond). Later maakte vader Van Wijnen met een schot en een gordijn een badkamertje.
De familie Van Wijnen had Ruysink als bakker, Peter de Vries en later Siem Bergen als slager, en Brunsum als huisarts. Ze hadden konijnen en een kat.
De heer Van Wijnen overleed in 1980, mevrouw woonde tot 1983 in de Ruiterstraat, daarna verhuisde ze naar de Agnietenstraat en in 2001 naar de Wielewaal. Ze overleed in 2007.
Bronnen
Gesprekken met Bert en Minie van Wijnen-Rombeek. Februari 2014
Foto’s uit de familiealbums van de familie Van Wijnen. Februari 2014
Mei 2015